Ik wil geen betweter zijn. Toch bekroop mij tijdens het lezen van de blog Zet de beweging van concurrentie naar samenwerking in de zorg kracht bij” (Ad Melkert, Skipr, 24 oktober 2025) beschrijft het gevoel van: We weten het. We schrijven het. Wanneer doen we het?

Ad Melkert (NVZ) beschrijft hoe integrale zorg- en welzijnsakkoorden het speelveld veranderen. Niet langer draait het om ‘meer zorg’, maar om passende zorg, betere samenwerking en het doorbreken van financiële schotten tussen domeinen.  

Ziekenhuizen, eerstelijn, sociaal domein, ggz en ouderenzorg moeten elkaar versterken binnen een regionaal samenhangend zorglandschap. Daarvoor is één ding cruciaal: structurele aanpassing van de bekostiging, zodat maatschappelijke waarde leidend wordt – niet het instellingsbelang.  

Een integrale zorgwet, meer regelruimte voor vernieuwing en een stevigere regionale basisinfrastructuur zijn volgens Melkert de volgende noodzakelijke stappen.  

De conclusie van Melkert loopt al jarenlang als een duidelijke rode draad door mijn blogs op Verruim de horizon: de zorgwereld snakt naar samenwerking, niet naar competitie. In talloze bijdragen over maatschappelijk ondernemen, sociaal beleid en zorgvernieuwing klinkt dezelfde oproep: ga eindelijk voorbij het verkokerd denken, laat de mens de maat der dingen zijn – niet het systeem.  

In meerdere stukken over het sociaal domein, jeugdzorg en gezondheid die ik schreef wordt zichtbaar hoe verdeelde financiering en angst voor overlap samenwerking belemmeren. Of iemand nu ondersteuning krijgt bij schulden, psychisch herstel of re-integratie – de verhalen tonen telkens hetzelfde spanningsveld: instellingen en gemeenten die willen, maar vastlopen in schotten. Het pleidooi is helder: pas als zorg en welzijn één ecosysteem vormen waarin publieke waarde centraal staat, komt er echte vooruitgang.  

Die samenwerking kan niet bloeien zonder structurele bekostiging die samenwerking beloont in plaats van afstraft. In mijn blogs over maatschappelijke waardecreatie en integraal denken klinkt het steeds weer: het systeem stuurt nog te vaak op productie, niet op betekenis. Zolang instellingen afgerekend worden op verrichtingen in plaats van uitkomsten, blijft de zorg een optelsom van fragmenten. Laat de financiering eindelijk volgen waar de zorg werkelijk om draait – het leven van mensen beter maken.  

Ook in verhalen over lokale initiatieven en collectieven komt een duidelijke richting naar voren: vernieuwing ontstaat van onderop, waar professionals durven samen werken zonder concurrentie en bureaucratische ballast. Maar dat vraagt politieke moed: een integrale zorgwet, minder tegenstrijdige regels en een stevige infrastructuur die regio’s in staat stelt om experimenten duurzaam te verankeren.  

Wat ooit idealisme leek, is nu noodzaak. De roep om integrale zorg- en welzijnsakkoorden, het doorbreken van grenzen tussen domeinen en een publiek geldstelsel dat gedeelde waarde stimuleert – die roep klinkt al jaren. Ad Melkert geeft het vandaag opnieuw woorden, maar de echo klonk al op talloze plekken. Laat dit het moment zijn waarop goede bedoelingen eindelijk beleid worden.  

Samenwerking boven concurrentie — niet als slogan, maar als richting. Want zorg die verdeelt, verzwakt; zorg die verbindt, geneest.