
Zieke zorg – De uitverkoop van de Nederlandse gezondheidszorg
Toen in 2006 de marktwerking in de Nederlandse zorg werd ingevoerd, klonk het als een veelbelovende belofte. Net als bij telefonie zou meer concurrentie leiden tot betere kwaliteit én lagere kosten. Maar volgens intensivist en hoogleraar intensivecaregeneeskunde Armand Girbes zat de denkfout al in dat uitgangspunt.
In zijn boek Zieke zorg – De uitverkoop van de Nederlandse gezondheidszorg (Mazirel Pers, 220 pagina’s, € 22,99) legt Girbes haarfijn uit waarom zorg geen product is, en patiënten geen pakketjes die je efficiënt van A naar B kunt verplaatsen.
Een systeem dat de patiënt uit het oog verloor
Na bijna twintig jaar marktdenken ziet Girbes een zorglandschap waarin het belang van de patiënt naar de achtergrond is verdwenen. Controlezucht, een wildgroei aan managers en toezichthouders, en de steeds grotere macht van zorgverzekeraars hebben het systeem verstikt. Zijn diagnose is hard: de Nederlandse zorg veramerikaniseert in rap tempo.
Van wachtlijsten en medicijntekorten tot omslachtige, soms zinloze accreditaties door dubieuze partijen – Girbes spaart niets of niemand. Met scherpe praktijkvoorbeelden toont hij hoe de menselijke maat de afgelopen twee decennia langzaam maar zeker verdween.
De coronapandemie als dieptepunt
Girbes baseert zich op tientallen jaren ervaring, waarvan de coronacrisis als ic-hoofd van het VUmc het absolute dieptepunt vormde. In die periode zag hij niet alleen de kwetsbaarheid van het zorgsysteem, maar ook hoe besluitvorming en bureaucratie soms in de weg stonden van wat er echt toe deed: levens redden.
Hoe het beter kan
Zijn boek eindigt niet alleen met kritiek, maar ook met suggesties – al houdt Girbes die opvallend concreet en klein. Goede kinderopvang en voldoende parkeerplekken voor ziekenhuispersoneel zijn volgens hem verrassend effectieve eerste stappen om de zorg te verbeteren.
Met Zieke zorg levert Girbes een vlammend pleidooi voor het terugbrengen van menselijkheid in de zorg. Zijn boodschap is helder: wie de patiënt weer centraal wil zetten, moet durven breken met een systeem dat meer oog heeft voor spreadsheets dan voor mensen.

Het meest frappante is dat mensen die het direct voelen, allang wisten dat het niet goed zat. Zij hadden echter niet de macht en kennis om er iets aan te kunnen doen.