Er zijn films die lang nadat het doek is gevallen nog in je hoofd blijven resoneren. Solitude, het indrukwekkende speelfilmdebuut van Ninna Pálmadóttir, is er absoluut zo één. Tegen het adembenemende decor van IJsland ontvouwt zich een ingetogen, hartverwarmend verhaal over verlies, aanpassingsvermogen en de onverwachte kracht van menselijke verbondenheid.

Centraal staat Gunnar, een norse boerenman die zijn vertrouwde, uitgestrekte landerijen moet verlaten als de overheid deze opeist voor een waterkrachtproject. Met het geld koopt hij een bescheiden woning in Reykjavík, waar hij zich vooral bezig houdt met routineuze wandelingen en het observeren van de stadse drukte – altijd op gepaste afstand. 

Maar dan duikt Ari op, een tienjarige buurjongen en krantenjongen die, ondanks zijn eigen lastige thuissituatie, nieuwsgierig en vriendelijk contact zoekt met de teruggetrokken Gunnar. Wat begint met een simpele zwaai en ongevraagde kranten voor de deur, mondt uit in een onwaarschijnlijke maar diepgaande vriendschap. Samen spelen ze schaak, eten ze pizza’s en leren ze, zonder het zelf echt door te hebben, hoe waardevol stille aanwezigheid kan zijn.

Pálmadóttir weet op subtiele wijze te laten zien dat échte vriendschap en troost niet altijd gezocht hoeft te worden in grote, meeslepende gebaren. Juist het gedeelde zwijgen, het tedere handgebaar, en samen simpelweg bestaan in een ruimte, vormen de ziel van de film. Die stille nabijheid – soms onhandig, soms ongemakkelijk, maar altijd oprecht – is wat Gunnar en Ari overeind houdt in een wereld die voor hen beiden veranderd en soms vijandig aanvoelt.

Solitude raakt, zonder prekerig te worden, aan actuele thema’s als eenzaamheid bij jong én oud, de gevolgen van maatschappelijke veranderingen, en het onbegrip dat men kan ervaren wanneer men vast blijft houden aan dat wat vertrouwd is. Gunnar worstelt met het loslaten van zijn oude leven en de moderne tijd, terwijl Ari zijn weg zoekt in het gebroken gezinssysteem van de stad. Hun ontmoeting laat zien hoe empathie, hoe onverwacht ook, helend kan zijn – ook als de buitenwereld soms sceptisch en wantrouwend meekijkt.

Wat deze film zo sterk maakt, is dat hij weigert te kiezen voor de makkelijke, “Hollywoodiaanse” oplossing. Het verhaal is warm, maar niet sentimenteel; hoopvol, maar nooit naïef. De pijn en het ongemak van het leven worden niet uit de weg gegaan, waardoor de boodschap van hoop en verbinding des te echter aanvoelt.

Wie Solitude ziet, wordt stilletjes uitgenodigd kritisch te reflecteren op zijn eigen omgang met eenzaamheid, verandering en het aangaan van contact. De film bewijst dat het niet uitmaakt hoe oud je bent, waar je vandaan komt, of hoeveel je in je eentje rondtast in de wereld: wie openstaat voor de ander, hoeft nooit echt alleen te zijn. Een prachtige, gelaagde ode aan de stille kracht van medemenselijkheid.